Vanuit de beweging

Ook hier bestaat het gevaar dat het bewegen een afbeelding wordt van een handelingsproces of een mentaal proces.

4 x 24 Een kind maakt 4 keer een sprong van twintig en zegt:”80” vervolgens maakt hij 4 keer een sprong van 4 en zegt:

“80, 84, 88, 92, 96” of

“80 en 16”

Ook kan het uitgebeeld worden zoals het spel dat aangegeven is bij het optellen en aftrekken.

Overige activiteiten

Men kan het vermenigvuldigen zien als een herhaalde optelling. Op deze manier kunnen we het ontwikkelen vanuit een herhaalde optelling. En wel op twee sporen, die pas bij het vermenigvuldigen van twee getallen van twee cijfers in elkaars verlengde komen te liggen.

1. Het ene spoor volgt het schattend vermenigvuldigen, nu ook met getallen groter dan 100.
   
   
2. Het andere spoor staat aanvankelijk geheel in dienst van het door elkaar oefenen van tafelproducten van één tafel per opgave.
   
   
3. Daartussen loopt nog een derde spoor. Dit is het spoor van de 'natuurlijke' aanpak 17x25.

      
kolomsgewijs
rekenen

klik hier voor cijferend rekenen en kolomsgewijs rekenen